skip to Main Content

Medische beeldvorming

Wie borstvoeding geeft en in die periode geplande of ongeplande onderzoeken moet ondergaan heeft vaak een hoop vragen: “Hoe zit dat met de borstvoeding?”. Helaas wordt er soms onnodig gezegd dat een bepaald beeldvormend onderzoek niet kan doorgaan zolang je borstvoeding geeft.

“Een scan” zoals we dat in de volksmond al eens noemen, is niet altijd de correcte benaming.  Medisch gezien zijn er tussen de verschillende beeldvormende onderzoeken grote verschillen. Vandaar dat er dus meer details noodzakelijk zijn om een volledige inschatting te kunnen maken of borstvoeding al dan niet te combineren valt met een bepaald beeldvormend onderzoek.

Hieronder vind je een opsomming van de meest voorkomende types onderzoeken.


Echografie

Bij een echo worden geluidsgolven gebruikt van verschillende frequenties die voor ons niet hoorbaar zijn. Een echo wordt als veilig beschouwd tijdens borstvoeding.

 

Röntgenfoto

Bij een röntgenfoto wordt ioniserende straling gebruikt, die wordt uitgezonden door de röntgenbuis. Zodra de röntgenbuis wordt afgezet, is er geen straling meer aanwezig in de kamer of in je lichaam. Een röntgenfoto nemen is veilig tijdens de borstvoedingsperiode.

Een mammografie is een soort röntgenfoto en wordt dus ook als veilig beschouwd tijdens de borstvoeding.

Het kan echter moeilijker zijn de beelden van een lacterende borst te interpreteren, maar een ervaren radioloog zou dit moeten kunnen. Ervaring leert dat het resultaat van het onderzoek beter is wanneer de borsten vóór de mammografie zoveel mogelijk leeg gemaakt werden (door de baby of door middel van kolven)

Ook een biopsie moet mogelijk zijn tijdens de borstvoedingsperiode. Voor meer informatie: neem contact op met een LLL-medewerker.


CT-scan

Een CT bestaat uit een hele reeks röntgenfoto’s waaruit dan een groter beeld in drie dimensies kan worden gemaakt. Een CT op zich is dus veilig en de borstvoeding hoeft hiervoor niet onderbroken te worden.

Vaak wordt er bij een CT een contrastmiddel gebruikt. De precieze stofnaam en dosering kun je navragen bij je arts. Vraag vervolgens aan een LLL-medewerker om na te kijken of dit soort contrastmiddel veilig is tijdens de borstvoeding.

Jodiumhoudend contrastmiddel bijvoorbeeld wordt op dit moment als compatibel beschouwd. Het kan wel de smaak van de melk tijdelijk veranderen. Gelukkig bevatten de meest recente preparaten minder jodium. Vraag dus of het gebruikte contrastmiddel één van deze recente preparaten is, zodat je het smaakeffect kan beperken.

 

MRI of NMR

Een MRI of NMR gebruikt geen ioniserende straling, maar sterke magneetvelden, dit wordt als veilig beschouwd tijdens de borstvoedingsperiode. Ook hier wordt vaak een contrastmiddel gebruikt. De precieze stofnaam en dosering kun je navragen bij je arts en vervolgens door een LLL-medewerker laten nakijken op compatibiliteit. Het meest gebruikte middel is Gadolinium, wat veilig beschouwd wordt tijdens de borstvoeding. Houd rekening met het feit dat een contrastmiddel de smaak van de melk tijdelijk kan veranderen.

 

Nucleaire Geneeskunde (PET- en SPECT-scan)

In tegenstelling tot alle voorgaande beeldvormende onderzoeken, meet een PET- of SPECT scan niet de anatomie van een orgaan (hoe het eruit ziet), maar het al dan niet goed functioneren. Hiertoe krijgt de patiënt een radioactieve stof toegediend. De toegediende hoeveelheden zijn zo klein dat ze niet toxisch zijn voor de patiënt. Er bestaan erg veel verschillende stoffen, dus de precieze stofnaam (bijvoorbeeld 99mTc-MDP) met dosering, evenals de toedieningswijze (injectie, oraal, inhalatie) zijn van belang.

Voor de borstvoeding zijn er twee aandachtspunten die moeten worden bekeken bij een inschatting over de belasting van het kind. Ten eerste gaat de radioactieve stof over in de melk, waardoor er een inwendige besmetting kan optreden. Ten tweede is, doordat je de stof in je lichaam draagt, een uitwendige besmetting door lichaamscontact mogelijk.

Hoewel normaal gezien de toegediende dosis radioactieve stof onder de voor het kind wettelijk toegelaten waarde (1 mSv) valt, is het altijd best om eerst te checken met een LLL-medewerker.

De maatregelen zijn immers erg afhankelijk van de dosis en de precieze stof.

Mogelijke maatregelen kunnen zijn:

  • Minimaliseren van het lichaamscontact.
  • Tijdelijk staken en tussentijds afkolven. Melk kan worden bewaard en na een specifieke wachttijd aan het kind worden gegeven. Een LLL-medewerker kan deze wachttijd bepalen.
  • Controle van de activiteit in afgekolfde melk (kan enkel in sommige ziekenhuizen).
  • Compleet staken van de borstvoeding (zelden).

Misschien zijn er zelfs helemaal geen maatregelen nodig en kan de borstvoeding gewoon verdergezet worden.
Een LLL-medewerker kan de nodige informatie op basis van stofnaam, dosering en toedieningswijze opzoeken.

Verder lezen:
Medicatie en borstvoeding

Bronnen:

  • Medications and Mother’s Milk Online, Hale Publishing, L.P., 1992—2015.
  • Richtlijnen van de ESUR (European Society of Urogenital Radiology).
  • C.~Sachs and Committee on drugs, The transfer of drugs and therapeutics into human breast milk: an update on selected topics, american academy of pediatrics, doi:10.1542/peds.2013-1985, 2013.
  • Hoge Gezondheidsraad, Optimalisatie binnen de Nucleaire Geneeskunde: Toepassing van de Nucleaire Geneeskunde in bijzondere omstandigheden, Juni 2006, HGR nr. 8099.
  • G.~Stabin and H.B.~Breitz, Breast Milk Excretion of Radiopharmaceuticals: Mechanisms, Findings, and Radiation Dosimetry, J Nucl Med 2000; 41:863–873.
  • ACR Manual on Contrast Media, Version 10.1, pp~99-100, 2015.
  • A.W.~Webb et al., The use of iodinated and gadolinium contrast media during pregnancy and lactation, Eur Radiol (2005) 15; 1234–1240, DOI: 10.1007/s00330-004-2583-y.
  • M.~Chen et al., Guidelines for Computed Tomography and Magnetic Resonance Imaging Use During Pregnancy and Lactation, American College of Obstetristians and Gynecologists, Vol. 112, No. 2, Part 1, 2008.

©  2016-2018, Antje Fitzner | La Leche League België-Vlaanderen vzw

Spread the love
Back To Top